Vragen over de arbeidsmarktrapportage?
Heb je een vraag of wil je direct van onze diensten gebruik maken? Onze adviseurs staan voor je klaar om je verder te helpen.
Afgelopen mbo-jaar nam het aantal studenten in opleiding tot logistiek medewerker en chauffeur wegvervoer af. Een belangrijke groep voor de instroom zijn BBL-studenten. BBL’ers volgen het merendeel van hun opleiding in een leerbedrijf. Bijna een derde van bedrijven in de sector is erkend leerbedrijf. De instroom vanuit een BBL-opleiding zal de komende jaren naar verwachting dalen.
De meeste instromers in de sector transport en logistiek uit het onderwijs zijn afkomstig uit het mbo (50%). Ook stroomt 38% in vanuit het voortgezet onderwijs. Hbo en wo zijn samen goed voor 12%.
Mbo-opleidingen kunnen op 2 manieren (leerwegen) worden gevolgd: BOL en BBL. BBL-studenten (beroepsbegeleidende leerweg) gaan één dag per week naar een ROC/Vakschool en doen de rest van de week betaald werk bij een leerbedrijf in hun regio. BOL-studenten (beroepsopleidende leerweg) volgen juist het overgrote deel van hun opleiding op school en doen praktijkervaring op tijdens stages op een leerbedrijf.
De opleiding chauffeur wegvervoer is een BBL-opleiding. Afgelopen schooljaar (2023-2024) volgden ruim 1.500 studenten een opleiding chauffeur wegvervoer. Dit aantal nam af ten opzichte van het jaar ervoor (-8,4%).
Het aantal studenten aan de opleiding manager transport en logistiek (BOL/BBL) groeide na 2015-2016 sterk, maar neemt daarna weer af. In 2022-2023 komt dit mede door de start van de nieuwe opleiding specialist transport en logistiek. Deze vervangt ook de opleiding planner wegtransport (die daardoor ook afneemt in studentaantallen).
Praktijkopleiders zijn binnen het leerbedrijf verantwoordelijk voor de begeleiding van de BBL-studenten. Leerbedrijven in de transport en logistiek zijn verplicht om een praktijkopleider in dienst te hebben.
De praktijkopleider doet dit meestal niet alleen: in veel van de bedrijven zijn er ook nog andere werknemers die de student op de werkvloer begeleiden. Gevraagd waar BBL’ers het meest behoefte aan hebben in de begeleiding tijdens het werk, dan noemen werkgevers het vaakst vakinhoudelijke kennis en sturing/structuur. Daarna volgt kennis van hoe je je op de werkvloer opstelt.
Ben je werkgever en heb je leerwerkplek in jouw bedrijf? Dan kom je tevens in aanmerking voor subsidie voor elke gecreëerde leerwerkplek.